Eindelijk was het zo ver: de eerste KNMV Cup van het seizoen. Het weer beloofde niet heel erg lekker te zullen gaan worden. De belangstelling en opkomst van de rijders was groot, want voor de klasse “Boven 600 cc” moesten er een stuk of 15 met één van de drie “Tot 600 cc” klassen meerijden. Hiervan zouden dan de beste 4 rijders met de 4 slechtste van onze groep worden gewisseld. De eerste tijdtraining verliep erg rommelig en duurde ongeveer een kwartier, waarna hij werd afgevlagd in verband met een valpartij van Henk “Enky” Prusen (30). Zijn Ducati zag er zeer beroerd uit en ik hoopte dat het met hem beter ging, want hij bleef doodstil liggen in het grind.
Voor de kwalificatietraining had ik mijn banden gewisseld. Helaas waren er geen SC2 achterbanden meer, waardoor ik met SC3 (hardere compound) banden moest rijden. Deze zijn vooral geschikt bij hoge asfalttemperaturen, maar daar was zaterdag absoluut geen sprake van. Dit betekende dus verminderde grip. In alle haast was ik ook nog eens vergeten om mijn bandendruk te meten en ik voelde onderweg elke oneffenheid. Niet zo vreemd, als je bedenkt dat ik normaal met 2.1 bar voor en 2.0 bar achter rijd. Ik bleek de kwalificatie met 2.6 bar voor (!) en 3.6 bar achter (!) te hebben gereden. Vandaar dat ik alle kanten op stuiterde. Het feit dat ik in deze rare sessie slechts 0.3 seconden van mijn beste tijd afbleef was dan eigenlijk nog een wonder.
Voor de tweede kwalificatietraining had ik mijn bandenspanning aangepast. Deze sessie ging echt super. Eindelijk had ik het gevoel dat ik ook echt hard ging. Toen ik de baan afkwam meldde Patricia me dat mijn snelste ronde onder de 1:35 zat en dat bijna al mijn ronden in de 1:35 waren. Ik kon mijn oren niet geloven, want voor mijn gevoel zat ik in de 1:36, wat op zich al harder was dan ik ooit had gereden. Het bleek waar, ik had 2.2 seconden van mijn beste tijd afgereden: 1:34.989! Doordat de 4 snelste rijders van de andere groep werden toegevoegd, startte ik vanaf de 6e startrij op een 25e plek, van de 40. Ik had gehoopt dat ik iets meer naar voren zou zitten, maar je kunt niet alles hebben.
Vijf minuten na de 2e kwalificatietraining begon het dan toch te regenen. Op een kletsnatte baan gingen we dan met z’n veertigen van start. Nu sta ik al niet bekend als een snelle starter, wat heet. Wat een belevenis werd dit! Ik zag werkelijk geen moer en “op de tast” ging ik, als één van de laatsten, de Nationale Bocht in. Tweehonderd meter verderop werd de race afgevlagd. Ik weet nog steeds niet waarom, maar er moest opnieuw gestart worden. Deze keer maakte ik het helemaal bont. Na de herstart ging ik als op één na laatste de Nationale Bocht in. Wat een ellende, ik zag echt helemaal niets. Mijn blindengeleidehond Fikkie loodste me over de Veenslang en Stekkenwal via De Bult richting de eerste doorkomst. Na twee ronden besloot ik dat mijn banden warm waren en vond ik het tijd wat te gaan ondernemen. Ingehaald worden is namelijk niet altijd leuk. Dus gas erop en proberen zoveel mogelijk rijders nog in te halen! Uiteindelijk bleek ik op de 31e plaats te zijn geëindigd: toch een beetje tegenvallend. Echter, kijkend naar de snelste rondetijden, dan stond ik op de 18e plaats. Hieruit kan ik dus concluderen, dat als ik iets beter zou starten, dat ik een behoorlijk stuk verder naar voren zou zijn geëindigd, want één ding was weer duidelijk geworden: relatief gaat het dus behoorlijk goed in de regen. Voorwaar, een opsteker dus en al met al een zeer geslaagde racedag!