KNMV Cup: donderdag 29 juli 2004 – Oschersleben (D)

Woensdag aan het eind van de ochtend vertrok ik met Hans Terschegget, mede-Apriliamalloot, richting het voormalige Oost-Duitsland. Met fantastisch weer en een saaie Autobahn kwamen we gelijk met de complete gemeente Wolvega aan. Teus Oskam, Ronald van Vliet, Cor Dekker en Martin Rijlaarsdam kwamen met aanhang c.q. fans niet lang daarna. David Easum was weer eens “not in control” en arriveerde midden in de nacht. Helaas konden de broertjes De Wit en William de Groot er niet bij zijn, maar gelukkig bleek de pret er niet minder om te zijn. Op de paddock werd ik al door diverse collega’s aangesproken, die me vertelden dat het een heel bochtig en technisch circuit was en helemaal geknipt voor mij. Ik kon bijna niet wachten tot de volgende dag.

Donderdag was de groep > 600cc al om 8:25 uur aan de beurt. Aangezien ik geen ochtendmens ben en voor het eerst hier zou rijden, zou ik het rustig aan doen. Eerst lijnen rijden om het circuit te leren kennen. Op zich ging dat lekker, totdat Teus voor de korte chicane bruut bij me binnendoor kwam. De avond ervoor had ik onder het genot van een hoestdrankje Teus verteld, dat hij wat agressiever moest rijden om verder naar voren te komen. Ja, lekker, dat hij dat meteen bij mij liet zien. Maar eerlijk is eerlijk, het was een strakke inhaalaktie. Ik had lekker gereden, maar de tijd (1:49.597) was heel beroerd: er waren er slechts 6 die een mindere tijd hadden neergezet. Teus wreef nog wat extra zout in de wond door te melden dat ik als een sissy reed. Ik besloot de highway steps te demonteren voor de 2e tijdtraining (figuurlijk). Maar wat een circuit was dit: veel bochten, moeilijk om je rempunten te bepalen, heel technisch en je hebt er geen moment rust. TOP!

De 2e training ging ik er vol tegenaan. Ik besloot handmatig mee te klokken, zodat ik een idee had welke tijden ik aan het rijden was. Ik bleek de 11e tijd gereden te hebben en 9.5 sec. sneller geweest te zijn dan in de 1e sessie: 1:40.117! Daarmee stond ik recht achter Ronald op de grid. Teus bleek dus voor de zoveelste keer dit seizoen een ware motivator voor me te zijn geweest.

De start van de 1e race ging goed. Ik zat in een groepje met directe concurrenten voor het klassement. Deze mannen reden op snelle Suzuki’s en Yamaha’s, dus het was zaak er in de bochten bij te komen en op de rechte stukken te slipstreamen. Nadat ik Adriaan Mathijsse en Iwan van der Valk had gepasseerd kwamen er een paar hele snelle bochten. Deze moest ik extreem hard nemen om met een kleine voorsprong aan het rechte stuk achter op het circuit te beginnen. Liggend op een 13e positie ging ik aan het eind van het rechte stuk te laat in de remmen, maar ik besloot toch de gok te wagen door de snelle chicane in te sturen. Gas er op en toen gebeurde het. Met een snelheid van ongeveer 150 km/u gleed mijn achterwiel weg en vloog ik over de kop de grindbak ik. Wat een klap en wat een stof! Toen dat was neergedaald zag ik een RSV Mille die er niet best aan toe was. Zelf was ik alleen bont en blauw, maar door de adrenaline voelde ik er toen nog niet veel van. Ik werd naar het medisch centrum vervoerd en daar even nagekeken en behandeld.

De schade aan de motor viel relatief mee, in zoverre, dat we hem nog zouden kunnen klaarmaken voor race 2. Er moesten wel nieuwe clip-ons (stuurhelften) op en nog wat andere nieuwe onderdelen. Onze grote vijand werd Vadertje Tijd. Hans en de vader van Ronald waren druk bezig de clip-ons te monteren, David was bezig het grind te verwijderen en Niek (de monteur van Martin Rijlaarsdam) had het kontje meegenomen om te plakken. Ik verwachtte dat we het niet meer op tijd zouden redden, maar David gebood me mijn spullen aan te trekken en verdomd, exact 2 minuten voor de start waren we klaar! Wederom: allemaal hartstikke bedankt! Ondertussen had ik weer een oude vertrouwde Haullussy voorbereiding en dus zat het met de adrenaline weer helemaal goed! Links en rechts werd er geroepen dat ik eindelijk weer herkenbaar was met een motor vol met duc(ati)tape en tie-wraps!

Met een asymmetrisch afgesteld stuur snel naar de technische keuring en ik kon meteen mee naar de opwarmronde. De start ging weer goed en ik verloor ongeveer maar 4 plaatsen. Ik besloot eerst een paar ronden te volgen om het gevoel terug te krijgen. Na een paar ronden besloot ik Ahm van Britsom, die altijd zeer lastig is in te halen, uit te remmen op de plek waar ik was gecrasht. Waarom? Omdat Haga mijn held is, daarom! Oei, oei, dat ging maar net goed. Ik kon de motor nog net houden, maar Ahm kwam er buitenom weer langs. Dan maar de volgende ronde, weer op dezelfde plek! Net zolang tot het lukt! Zijn voorsprong was iets te groot, dus ik zette de aanval in de chicane in om hem er met een hogere snelheid in de volgende bocht naast te kunnen zetten. Dat lukte! Nu moest ik een klein gaatje dichtrijden om bij Gert-Jan van Dijk te komen. Dat lukte eigenlijk pas toen ik zag dat hij inkakte. In de laatste bocht voor het rechte eind zat ik in zijn wiel. De volgende ronde pak ik hem! En toen werden we afgevlagd! Ik had niet gezien dat het de laatste ronde was. Jammer, maar toch nog 12e geworden met een nieuw PR onder de magische grens: 1:39.977! En het leverde me weer 4 punten op voor het klassement. In de Battle-of-the-Twins sta ik nu 11 punten los van Arno van Doorn. Een heerlijk gevoel met nog maar 2 races te gaan.

Ronald deed uitstekende zaken met een 8e en een 6e plaats, Martin haalde in de 2e race net niet zijn eerste punten, Teus werd twee keer 19e en eindigde beide keren vlak voor Cor, die mijmerde over dat andere Duitse circuit. David werd in de Vobis SV Cup zelfs een keer 4e! ’s Avonds werd de dag nog waardig afgesloten. De meesten zouden pas de volgende dag gaan rijden en dus het bleef nog lang onrustig op de paddock!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *